header3.jpg

DE GESCHIEDENIS VAN ROTTEVALLE

De naam Rottevalle komt voor het eerst voor in een koopcontract uit het jaar 1618. Aan de zuidkant van de Lits stonden toen al enkele woningen, zoals blijkt uit oude kaarten van 1617. Het gehucht Rottevalle was indertijd sterk afhankelijk van de turfwinning en de hieruit voortvloeiende scheepvaart. Langs de Lits en de Brouwersgrêft (toen nog vaarwegen) werden steeds meer woningen gebouwd, maar ook de oude Standermolen, die de tand des tijds helaas niet heeft doorstaan. Later werden de eerste boerderijen gebouwd en breidde het dorp zich langzaam maar zeker uit.De Haven Rottevalle

Vanaf 1943 valt Rottevalle onder de gemeente Smallingerland, maar eeuwenlang lag het dorp in drie gemeenten: Achtkarspelen, Smallingerland en Tietjerksteradiel. De drie eikenhouten banken bij de haven, aan de Brouwergrêft en aan De Fintsjes en de driekantige zuil op het Muldersplein herinneren nog aan die oude verdeling.   In 1953 is Rottevalle aangewezen als voorbeelddorp ter ontwikkeling van het landbouwbedrijfsleven. De hiermee gepaard gaande Marshallgelden gaven het dorp een forse injectie. In 1956 zijn de Lits en de Brouwersgrêft gedempt om de diverse bedrijfspanden beter bereikbaar te maken. En in de jaren zestig en zeventig zijn nieuwe uitbreidingswijken gerealiseerd aan de Nije Buorren, De Fintsjes en De Houtkamp. De laatste uitbreiding aan de Arendswyk dateert uit de negentiger jaren. In het aanloopgebied naar Rottevalle wordt wonen en werken gecombineerd. Dit plan heeft om die reden ook de naam Ambachtsloane gekregen. De laatste nieuwbouw welke nuin de tweedecfase verkeert, vindt plaats aan de Master Keuningwei.